Het is haar allerliefste lievelingsspel. Wanneer we het spelen, bepaalt Spiek. Ze heeft er zelfs een mauw voor ontwikkelt, zo slim is ze wel. Maar het kan ook zijn dat ze me verrast en er zelf mee aan komt lopen. Dan heeft ze het zachte balletje al in haar mond en legt ze het voor me neer. Het is het balletje dat het spel bepaalt. Alle regels hebben we er later omheen verzonnen.
Het spel is vrij simpel. Ik pak het balletje en gooi het zo ver mogelijk weg. Spiek rent, springt, loopt en sluipt door de woonkamer om zo snel en geruisloos mogelijk het balletje te pakken. Alsof het een muis is die weg wil rennen, alsof het een vogel is die weg wil vliegen. Misschien is het in haar hoofd wel een heus monster. Op dat moment geldt er maar één regel. Het balletje is haar prooi. En ze stopt niet voordat ze gewonnen heeft van het monster.
Dan bestaat er de gouden regel. Want wanneer ze gewonnen heeft, brengt ze de bal terug naar mij. En op dat moment gooi ik de bal weer zo ver mogelijk weg.
Tot ze er klaar mee is, want ook dat bepaalt Spiek. Dan gaat ze slapen, zoals alleen een kat dat kan. En ik kan dan alleen maar wachten. Wachten tot ze weer zin heeft om samen haar lievelingsspel te spelen. Of zal ik het maar ons lievelingsspel noemen?